De mode-industrie heeft NFT-koorts. De non-fungible token is het nieuwe buzzwoord van 2022 en sijpelt na de kunstwereld ook door in de mode. Merken zoals Prada, Adidas, Gucci en Valentino sprongen als eerste op de trend die het internet aan het overnemen is. Nog maar eens een teken dat digitale mode een gigantische opmars aan het maken is, terwijl de fysieke wereld moet toegeven aan de mogelijkheden die de virtuele wereld ons kan bieden. Wij spraken met digitale ontwerpster Iris van Wees over de (digitale) toekomst van mode en hoe zij zichzelf daar vervolgens in ziet.
De laatste keer dat we je spraken was net na je Lichting 2019 presentatie. Toen had je dit te zeggen: “De digitale wereld is fantastisch, daar sta ik 100% achter. Maar we blijven in een fysieke wereld leven, waar ik graag naar terug refereer.” Is je gedachtengang hier over veranderd nu we meer en meer digitale kleding in de mode-industrie zien verschijnen?
Ik sta er nog precies hetzelfde in. Ik heb me al wel veel afgevraagd of er ooit een punt zal komen dat ik volledig de digitale kant op ga, maar het moment dat ik hier over ga reflecteren besef ik dat dat niet is wat ik wil. Onze lichamen zijn het beginpunt waaruit mode voortvloeit en de digitale wereld is een hele mooie toevoeging, maar het blijft een aanvulling van wat wij zelf zijn en kennen. Het gaat bij mij om de samenwerking tussen het fysieke en het digitale. De digitale wereld is uiteindelijk heel onmenselijk. We zijn allemaal gewend om ons aan te passen aan de virtuele wereld en dat vind ik als digitale ontwerper ook mooi om te zien, maar ik voel me ook verantwoordelijk om juist de fysieke wereld als beginpunt centraal te houden. Ik wil deze mentaliteit ook voortzetten in de komende projecten en blijven refereren naar de wereld die wij zelf ervaren.
Wat heb je sinds Lichting nog bijgeleerd als we het over augmented reality hebben? Wat wil je nog graag ontdekken binnen de wereld van digitale mode?
Na Lichting ben ik begonnen aan een project waar vooral de uitwerking van augmented reality in relatie tot mode centraal stond, met een toegankelijke insteek voor het groter publiek in mijn achterhoofd. Hier vloeide het project DIGI-GO uit, een AR-expositie in het Vondelpark, waarbij mensen aan de hand van een app 10 digitale installaties konden bekijken tijdens een uitgestippelde wandeling. Daarin zag je heel duidelijk mijn intentie om het fysieke en het digitale te combineren. Ik vond het heel belangrijk dat mensen naar buiten gingen en de natuur konden opzoeken om digitale kunstwerken te bekijken. Het was een speels experiment; een soort test om te zien hoe mensen zouden reageren. Omdat het project zo technisch was heb ik ervoor gekozen om hulp in te schakelen voor het programmeren van de app. Die hulp is ook echt nodig om mijn rol als modeontwerper af te bakenen. Als ik wil groeien moet ik samenwerkingen aangaan.
Ik merkte met DIGI-GO dat het een grote uitdaging is om mensen van hun mobiele scherm weg te halen. Dit had ik natuurlijk kunnen voorspellen, maar toch was dit meer aanwezig dan dat ik had ingeschat. Mijn intentie was dat mensen ook de natuur zouden ervaren, maar uiteindelijk waren de bezoekers alleen met hun mobiel bezig. Dit was voor mij een reflectiemoment dat ik ga meenemen wanneer ik dit project verder ga uitwerken. De reacties waren echter heel positief. Mensen gingen als het ware op hun rug liggen met hun mobiel om onder een installatie te kunnen kijken en dat was geweldig om te zien.
Kan je al iets kwijt over je nieuwe project BAMGLAM?
BAMGLAM is een reactie op alles waar ik een hekel aan heb in de modewereld. Het is een terugkerend fenomeen in mijn werk om te spelen met alles wat mij irriteert en in dit opzicht is BAMGLAM een uitvergrote spiegel van de modewereld, van alle overdaad, ego’s en glamour dat wordt gepresenteerd binnen de mode-industrie. Ik speel met wat de mode denkt te bieden, en wat juist ook een valkuil is voor de hele fast-fashion industrie. Ik zie in de digitale wereld heel veel opties om dat glamour gevoel te realiseren voor een groter publiek, in plaats van alleen mensen met heel veel geld en status. Het project heeft een speels en cynisch tintje, maar het einddoel komt wel overeen met de kern van hoe ik digitale mode zie. BAMGLAM heeft de intentie een mooi platform te worden om mensen te laten experimenteren met hun identiteit, wat zij tof vinden qua mode maar te eng vinden om te dragen in de fysieke wereld. Dit creëert ook een aanleiding om jezelf in de fysieke wereld te ontwikkelen.
Als designer die aan de voorgrond van digital design in de Nederlandse mode-industrie staat, hoe sta jij tegenover mode-gerelateerde NFT’s? Wat zijn volgens jou de voor en nadelen?
Er zijn een aantal mensen die me hebben gevraagd om met NFT’s te werken, maar ik houd me het liefst nog even op afstand. Het is zo’n grote commerciële wereld waar je in terecht komt. NFT’s zijn gelinkt aan geld en andere valuta’s en dat vind ik jammer. Het draait niet om het product zelf maar om wat voor reactie het product uitlokt in de blockchain. Het geeft mensen in de digitale wereld wel veel meer eigenschap over het werk, en dat is altijd een kwetsbaar onderwerp geweest onder digitale makers. Vanaf je iets online zet is het plots toegankelijk voor iedereen, en in dit geval zorgen NFT’s voor controle en krediet over je eigen werk. Daardoor kunnen ook beginnende digitale makers makkelijker een eerste stap zetten. Ik moet zeggen dat ik het ook wel zelf wil ervaren en wil kijken of ik mijn eigen weg erin kan vinden, dus ik sta ervoor open ook al zie ik er vooral de nadelen van in.
Hoe ziet jouw ideale (digitale) toekomst van de mode-industrie eruit?
Als ik nadenk over wat ik graag wil veranderen aan de mode-industrie is dat de overconsumptie. 90% van de kledingproductie is niet nodig, en als ik de mode-industrie zou willen aanpakken zou dit allemaal moeten geschrapt worden. In mijn idealistische beleving zit ik dan natuurlijk wel bij de 10% die niet geschrapt wordt. De mode-industrie heeft behoefte aan projecten die gefocust zijn op circulaire mode en hergebruik. Er is al zoveel als ik het heb over fysieke mode. Daarnaast heb je nog de aanvullende digitale wereld die ook te maken heeft met digital waste, wat mensen heel vaak vergeten. Dat is iets waar ik me in wil gaan verdiepen. Ik denk dat meer en meer bedrijven die geld willen verdienen het niet persé gaan zoeken in productie, maar gaan kijken naar digitale opties. Ik maak me echter zorgen om het feit dat alle grote bedrijven die digitaal gaan dat puur doen omdat ze daar geld mee kunnen genereren en niet omdat het een aanvulling heeft op onze samenleving. Wat wel heel mooi is, is dat een heel groot deel van de merken hun producties veel selectiever realiseren. Dit is voor een vrijwel vastgeroeste industrie een grote stap. Ik heb nog wel hoop in digitale mode, dit is ook de enige reden waarom ik ben verder gegroeid binnen de mode-industrie. Zonder hoop had ik deze wereld al lang achter me gelaten.