Magisch Centrum Amsterdam in het Stedelijk Museum in Amsterdam vormt een tijdreis in de geschiedenis waar er gevochten werd voor idealen: democratisering van gezag, baas in eigen buik en ban-de-bom. Wezenlijke zaken waar de vuisten voor werden gebald. Toen waren het de dolle mina’s en de provo’s. Nu hebben we Maria Grazia Chiuri die via haar ‘We should all be feminists’ T-shirts op de barricades klimt. Activisme is van alle tijden. Alleen is het activisme van nu mainstream en werd het in de jaren zestig gezien als tegencultuur.
Nu stond afgelopen jaar in het teken van het #MeToo-schandaal, is er volgens velen nog altijd sprake van een glazen plafond en valt er ook voor de LHBTG-gemeenschap nog wel wat te halen op gebied van emancipatie. Hoe dan ook, de mode speelt daar slim op in.
Alexander McQueen sprak zijn zorgen in 2009 al uit over milieuvervuiling en de toekomst van de aarde. Hij liet een gigantische vuilnisbelt nabouwen voor zijn ‘Horn of Plenty’-collectie. Raf Simons haalde in zijn eerste collectie voor Calvin Klein – weliswaar indirect – uit naar Trump. Angela Missoni van het gelijknamige modehuis besloot haar Fall-Winter2017 show met de roze pussyhats om haar steun te betuigen aan de Women’s March die eerder dat jaar plaatsvond, een reactie op de vrouwonvriendelijke uitspraken van Trump.
Otherwild, een underground pro-gay-lesbian-transgender merkje uit LA verkoopt zowel T-shirts als babyrompertjes met de tekst ‘The future is female’ erop. En ook bij H&M kun je tegenwoordig terecht om te laten zien dat het je ernst is: ‘The revolution is female’. Kortom: activisme is hot.
Nu gaat de tentoonstelling in Het Stedelijk Museum met name over vernieuwing en activisme en niet zo zeer over mode, maar toch is Magisch Centrum Amsterdam interessant en relevant aangezien we veel te danken hebben aan de activisten van toen, die vooruitstrevend en vrij dachten. Naast alle verworvenheden zoals de abortuswet en gelijke rechten, was het ook de tijd van de seksuele revolutie en daarin speelde kleding toch ook een rol. Minirokjes, wijde pijpen en overknee boots. Stuk voor stuk protest items tegen de spruitjesgeur.
Zo ontwikkelde Iris de Leeuw, lid van de provokunstcollectief Luuks, in die tijd een ‘speespak’ met ritsen aan de pijpen waarmee mensen anders gekleurde pijpen konden ruilen met elkaar. De ritsen zaten erg dicht bij het kruis en zonder hulp kon je geen nieuwe pijp vastmaken. Met andere woorden: voor je het wist, zat je ‘speels’ bij iemand aan zijn kruis. Een soort Tinder avant la lettre dus.
Daarnaast hangt er het zogenaamde wandelkostuum van Douwe Jan Bakker uit 1970. Geïnspireerd op de natuur, maakte hij een adamskostuum ‘voor tochten in de vrije natuur’. Denk een huidkleurig canvas pak met bij de schaamstreken een bolletje bruine pluisstof om schaamhaar na te bootsen. Voor de heren compleet met penuskoker. Dat doet me denken aan het piemel-collectie van Bas Kosters. Sex sells en is van alle tijden. Net als activisme.